Geschiedenis

Regionale aannemer Bouwman B.V. bewaakt de balans in het bedrijf

ARNHEM (APA) – Het stationspostkantoor in Arnhem moet straks terugkeren in een nieuw
complex van woningcorporatie Volkshuisvesting in Klarendal. Het stabiel vervoeren van de
voorzichtig gezaagde delen is daarbij in handen van de firma Bouwman B.V. uit Arnhem, die
volop bezig is met de ontmanteling. Directeur Eric Bouwman: “De geveldelen komen op een
draagconstructie van gekoppelde profielbalken, waarbij de delen worden gefixeerd met
houten baddingen.”

Het is een opdracht die mooi past in de trotse regionale geschiedenis van het kleine bedrijf,
dat tot 1921 teruggaat. “Mijn opa werkte aan de sloop na de oorlog en de wederopbouw van
de Rijnbrug. Maar we deden in de jaren zestig ook het grondwerk voor de toen nog nieuwe
V&D, en bij Het Dorp van Mies Bouwman.” Toen men gebouwen in hun geheel begon te
verplaatsen, was de firma er als eerste bij om een Groene Kruisgebouw uit het Limburgse
Wessem voor herbouw naar het Nederlands Openluchtmuseum te verplaatsen. “En onlangs
hebben we het straat- en grondwerk bij de renovatie van de Koepelgevangenis opgeleverd”,
vertellen de directeuren Eric Bouwman en Jaap Bensink.

Grondverzet, kraanwerk, transport, sloop, riolering en straatwerk zijn de zes pijlers waarop Bouwman B.V. drijft. Met dertien man personeel en twee directeuren, bedient de onderneming een regio tot vijftig kilometer rond Arnhem. “Dertig procent van onze omzet komt voort uit de verhuur van telekranen, en zeventig procent uit het grondwerk en de andere werkzaamheden”, vertelt Bouwman.

Het bedrijf vindt zijn oorsprong in 1921, toen Jan-Willem Bouwman begon als ‘sleper’ met. paard en wagen, zoals de foto’s in het kantoor van de directeuren laten zien. Na de aanschaf van een eerste kraan in 1947, groeide het bedrijf vanaf 1971 onder de leiding van twee zonen
uit tot een bedrijf met een groter machinepark. In 1988 kreeg Bouwman zijn huidige structuur, met kleinzoon Bouwman en compagnon Bensink aan het roer. “Ik zocht een compagnon voor het grond- en sloopwerk”, vertelt Bouwman, die zich vooral op de verhuur van telekranen richt. Het machinepark telt inmiddels drie containerwagens en een semidieplader
voor transport, twee shovels, twee minigravers en een dieplepel voor het grondwerk, en drie hijskranen van 35, 45 en 70 ton voor de kraanverhuur.

Steeds grotere fusies, de stap naar Europees aanbesteden, een te groot kranenpark in
Nederland, de bouwfraude affaire die de bouwwereld had moeten doen opschudden. Het
kleine bedrijf in Arnhem heeft een goede strategie om de winden in de bouwwereld te
doorstaan: Sinds 1988 is het regionale bedrijf niet gegroeid, maar wedde het altijd op
meerdere paarden. “De verschillende werkzaamheden zorgen voor een goede balans”, vertelt
Bensink. Bouwman: “Als we ergens het grondwerk mogen doen, proberen we natuurlijk ook
het hijswerk te krijgen.”

De strategie om niet verder te groeien is een bewuste. “Destijds bij de V&D waren we een
relatief groot bedrijf, maar nu niet meer, al is wel de capaciteit van machines gegroeid. Maar
we willen ook graag zelf bij de uitvoering betrokken blijven”, vertelt Bouwman. Bovendien is
het bedrijf nu flexibeler. “Een tijdje geleden bijvoorbeeld. Toen hier vlakbij tanks van een
pompstation werden vervangen, dreigde aan het eind van de dag een andere tank in de grond
te verzakken. Ze klopten bij ons aan en kregen nog dezelfde dag een Berliner wand.”